Geschiedenis pand

Het gebouw aan de Dekhuyzenstraat is in 1923 gebouwd naar het ontwerp van de architect Joseph Crouwel. Van zijn hand zijn ook het gebouw aan de overkant van de Biltse Grift (1924) en het voormalig postkantoor op de Neude (1925). Het Crouwelgebouw aan de Dekhuyzenstraat is gebouwd voor de diergeneeskunde-faculteit als 'Kliniek Kleine Huisdieren'. Hier konden particulieren terecht met hun hond of kat. Deze werden behandeld door studenten o.l.v. hoogleraren. De diergeneeskundefaculteit verhuisde eind jaren zeventig naar de Uithof. Daarna hebben andere faculteiten gebruik gemaakt van het gebouw.

In 1990 kwam het leeg te staan en werd het eigendom van de Gemeente Utrecht. Een jaar later werd het verkocht aan een kleine projectontwikkelaar die het heeft laten verbouwen tot bedrijfsruimte, gezondheidscentrum (Therapeuticum) en vijf appartementen. Samen vormen zij de Vereniging van Eigenaren Crouwelgebouw Utrecht. Het Therapeuticum is eigendom van de Stichting Beheer Therapeuticum Utrecht, die het verhuurt aan de artsen en therapeuten.

Het gebouw is gebouwd in een stijl verwant aan de Amsterdamse School, onder andere te herkennen aan de verticale dakvlakken. Aan de buitenkant zijn versieringen zoals de natuurstenen dierenkoppen en de loden kegels, aan de twee kopse kanten de Nederlandse Leeuw met 'Je maintiendrai' (Ik zal handhaven). Verder zijn de glasroeden in de gevelpuien en de roedeverdeling in de binnendeuren opvallend.

In het gedeelte van het gebouw waarin het Therapeuticum gehuisvest is, zaten vroeger twee grote labaratoriumruimten en twee kamers van ‘hoogleraaren’ (de kamers van Casper en Maud). Het huidige trappenhuis was er niet, daar liep de gang verder het gebouw in. Ook de huidige ingang was er niet. Boven was er één grote labaratoriumzaal, met lege zolderruimten aan de zijkant.

In 1992 is eerst de Begane Grond voor het Therapeuticum verbouwd. In 1995 is vervolgens de bovenverdieping erbij getrokken. Oorspronkelijk waren er in totaal acht grote ruimten verdeeld over twee verdiepingen, nu zijn er 25 kleinere ruimten verdeeld over vier verdiepingen.
Om het toch één geheel te laten blijven, is er bij de verbouwing voor gekozen oorspronkelijke onderdelen te hergebruiken en nieuwe onderdelen qua vormgeving te laten aansluiten bij het bestaande.